Resultaten onderzoek gestrande spitssnuitdolfijn bekend

Oosterschelde 02.09.2017 – Deze week spoelde een levende spitssnuitdolfijn aan in de Oosterschelde op de Schelphoek.

Het dier overleed kort na de stranding en werd naar de faculteit Diergeneeskunde in Utrecht gebracht bij de afdeling Pathologie, om te onderzoeken waaraan de dolfijn was overleden. 

Lonneke IJsseldijk vertelt na onderzoek met collega ‘s; “De spitssnuitdolfijn is nauwkeurig onderzocht. Aan de buitenzijde van het dier waren een aantal verwondingen goed zichtbaar, die de dolfijn heeft opgelopen tijdens de stranding. Daarbij kwam het met het buikgedeelte op een mossel/oesterbank te liggen. Er waren ook verse tandafdrukken te zien op het lijf, die passen bij tandafdrukken van een Tuimelaardolfijn. Tuimelaardolfijnen staan erom bekend andere dolfijnen en ook (jonge) walvissen aan te vallen in het wild.

In de maag hebben we geen visresten aangetroffen”, vertelt IJsseldijk. “Aan de lengte en het gewicht van het dier zagen we dat het een nog jonge spitssnuitdolfijn is geweest, die mogelijk zelfs nog voor een deel afhankelijk was van zijn moeder. Spitssnuitdolfijnen zijn bij de geboorte al zo’n tweeënhalf meter groot en wegen dan al bijna tweehonderd kilo. Dit dier was 349 centimeter lang en woog 378 kilo.”

Gehoorschade
Uit histologisch onderzoek van organen en de hersenen zal onder meer blijken of de spitssnuitdolfijn ontstekingen had. Door de korte tijd tussen het overlijden en aankomst in de sectiezaal konden ook de oren worden verwijderd om te onderzoeken of het dier gehoorschade had opgelopen. Dat kan dus alleen als de oren binnen 24 uur na het overlijden worden verwijderd en geprepareerd.

Bron Universiteit Utrecht

Zoeken